Chat with us, powered by LiveChat

Module 3. Plannen

Les 2 Wanneer moet je beginnen?

 

 

Je hebt op een dag maar een paar uur om je huiswerk te doen. Dat geldt dus ook voor het leren van een toets. Deze les leer je hoe je uit kan rekenen wanneer je moet beginnen.

 

Na deze les weet je wanneer je een pauze in moet plannen. En wanneer je aan je huiswerk moet beginnen?

 

 

Wanneer heb je een toets? Voor welk vak en wat moet je ervoor leren?

 

Bespreek dat met de klas.

En noteer in je agenda  wanneer je die toets hebt. En wat je er per dag voor wil doen?

 

Je onthoudt iets het beste als je het op verschillende manieren leert. Als je een tekst 4 dagen achter elkaar op een andere manier leert, onthoud je het beter dan als je dezelfde 4 dagen de tekst steeds op dezelfde manier leest.

 

 

Terugkijken

 

Vorige week spraken we af dat je voor elke dag een planning zou maken. Hoe is dat gegaan? Wat kan er de volgende keer beter? Heb je er iets aan gehad? Of heb je nog vragen?

 

Vertel de klas hoe je het hebt aangepakt.

Als klasgenoten tips hebben, schrijf die in je notitieboekje of bewaar ze op je computer in een mapje ‘Plannen’. Die kan je dan gemakkelijk  terugvinden en gebruiken.

 

 

Video bekijken

 

Als je goede tips hoort,  schrijf die dan in je notitieboekje of bewaar ze in een mapje op je computer.

Die kan je later gebruiken als je een toets gaat voorbereiden.

 

 


Stap 3 Zet in de juiste volgorde

 

 

Bij plannen vraag je je af: wanneer doe ik wat? Welke keuzes maak ik daarin? In welke volgorde maak je je huiswerktaken en hoeveel tijd kost dat per taak?

 

Gebruiksaanwijzing

  1. Je begint met het belangrijkste. Bijvoorbeeld: het leren van een toets. Daar moet je fris voor zijn.
  2. Dan doe je iets wat minder belangrijk is. Waarvoor je je minder fris hoeft te zijn. Bijvoorbeeld maakwerk.
  3. Je plant ook pauzes in.
  4. Houd rekening met privéafspraken.

 

Waarom doe je het zo? Dat heeft te maken met wanneer je je het beste kunt concentreren. Dat is als je met je huiswerk begint en na elke pauze. Houd daar rekening mee als je een planning maakt.

 

 

OPDRACHT 1. Hoe ziet jouw planning eruit?

 

Maak nu je planning.

Wat staat er in je agenda. Als daar niets in staat, kan je het meestal vinden in de Elo. Geef elke taak een cijfer. Wat je het eerste doet geef je een 1. Het tweede een 2. Etc. Schrijf achter elke taak of afspraak hoe lang je ermee bezig denkt te zijn. Begin met de belangrijkste taak. Houd ook rekening met privéafspraken en natuurlijk pauzes.

 

 

 

Stap 4 Wanneer moet je beginnen?

 

Plannen gebruik je om je tijd te organiseren, zodat je niet in tijdnood komt. Dat gaat in dit geval vooral over je huiswerk, maar ook over privéafspraken. Als je morgen een sporttraining hebt, kan je op dat moment niet ook je huiswerk leren. Wanneer moet je aan je huiswerk beginnen om op tijd naar bed te gaan? 

 

Daarbij speelt ‘schatten’ een belangrijke rol. Schatten betekent dat je bedenkt hoeveel tijd het leren of maken van een taak ongeveer kost. Als je voor alle taken hebt geschat hoeveel tijd het kost, kan je uitrekenen wanneer je moet beginnen om op tijd klaar te zijn. Reken privéafspraken en pauzes mee.

 

 

 

OPDRACHT 2. Hoe laat ga je aan je huiswerk beginnen?

 

Reken uit hoe laat je aan je huiswerk moet beginnen.

 Bijvoorbeeld: Je wil om 21.30 uur klaar zijn. Dit staat er in je agenda. Erachter staat hoe lang je daarmee bezig bent.

  • Nederlands: opdracht 4 en 5 [20 minuten],
  • Aardrijkskunde: toets over hoofdstuk 1 en 2. [45 minuten],
  • Engels: woordjes leren. Pagina 3 [15 minuten],
  • Wiskunde, paragraaf 3. [15 minuten]

 

Je hebt van 5 tot 6 sporttraining. [Vertrek: 16,45, weer thuis: 18.15], Twee keer pauze [15 minuten per pauze]. En van 18.30 uur tot 19.00 moet je eten. Hoe laat moet je dan beginnen?

 

Je onthoudt iets vaak beter als je het opschrijft of hardop opleest. Probeer het maar eens.

 

 

Wat heb je geleerd?

 

Deze les heb ik geleerd hoe je ervoor kan zorgen dat ik op tijd begin of wegga.

 

 

Challenge

 

Gebruik deze informatie de komende week. De volgende les bespreken we wat je daaraan hebt gehad.

 

 

EXTRA OPDRACHT

 

Noteer eventuele vragen in je notitieboekje of je agenda..

Bespreek die met je klas in de volgende mentorles. Vergeet niet je boek mee te nemen dat hoort bij de volgende toets.

 

 

 

Inhoudsopgave

Les 1. Hoe plan je je huiswerk?

Les 2. Wanneer moet je beginnen?

Les 3. Hoe plan je een grote taak?

Terug naar hoofdpagina